Heraldiek is afgeleid van "herald" of "heraut". De heraut was een man die onder meer ceremoniemeester was op 't toernooiveld en bij allerlei officiële gelegenheden de namen van de deelnemers aankondigde. Het gebruik van wapens en wapentekens is al zeer oud. In de grijze oudheid beschilderden primitieve volksstammen zich reeds met gekleurde aarde als zij ten strijde trokken, voornamelijk om er schrikaanjagend uit te zien. Aan bepaalde figuren werden ook wel bovennatuurlijke krachten toegeschreven en wellicht dienden die om zich tegen vijandelijke aanvallen te beschermen.
Toen er weliswaar primitieve wapens kwamen, ontstond er eveneens behoefte om zich te weren met een schild. Maar door zich te verstoppen achter een schild had lichaamsbeschildering geen enkele zin meer. Kleuren en figuren werden vervolgens op de schilden overgebracht. Ze hadden hetzelfde doel: herkenning, schrik aanjagen en magische kracht. In een later verband werden er ook motieven op schilden aangebracht, die soms het karakter van de drager symboliseerden.
Er zijn wapens met schildhouders. Deze kunnen zowel mensen, dieren als fabeldieren zijn. wapen tak A Dan kan een helm gekroond zijn, er kan een devies onder het wapen staan.

Willem Goosen Schaaij

In blauw in een gouden cirkel een gouden zespuntige ster, vergezeld van drie zilveren kammen van twee rijen tanden, geplaatst twee en een. Helmteken: een zilveren kam tussen een blauw gouden vlucht. Een aanziendgestelde zilveren traliehelm, rood gevoerd, goud omboord, met een gouden medaillon. wapen tak B Dekkleden: blauw en goud.

            Jan Schaeij

In rood een gouden dwarsbalk vergezeld van drie gouden harten, geplaatst twee en een. Helmteken: een gouden hart van het schild. Een aanziendgestelde zilveren traliehelm rood gevoerd en goud omboord, waaraan een gouden medaillon. Dekkleden en wrong: rood en goud.wapen tak C

 

Dirk Schaay

Met het wapen van deze tak was iets merkwaardigs aan de hand. Van Dirk Schaay en zijn gezin is een fraai gecalligrafeerde staat bewaard, omstreeks 1800 vervaardigd. Hierop is een wapen getekend dat sterk overeenkomt met het bekende wapen waarmee Martinus Schaaij, secretaris van Opijnen, zegelde in 1798. Bij Dirks wapen is echter de ring met ster vervangen door een wagenwiel met acht spaken. Een Rotterdams genealoog, H.H. van Dam, die samen met Goudswaard de genealogie persklaar maakte, schreef op 23 oktober 1926 aan de redactie van het Nederlands Patriciaat dat hij dit wapen van Dirk had gezien maar merkte op: "De familie hier voert in zwart de gouden dwarsbalk (dit zou neerkomen op usurpatie van het wapen van de familie Schade), abusievelijk in hun zegelringen gesneden als in zilver een roode dito." Kennelijk heeft men uiteindelijk voor een compromis gekozen want in het Blauwe Boekje komt het wapen voor als: "In rood een gouden dwarsbalk." Helmteken: een goudroden vlucht. Dekkleden: goud en rood.